OVV oordeelt snoeihard over beveiliging Wiersum en De Vries
In aanloop naar de aanslag op Peter R. de Vries speelden volgens onderzoekers wantrouwen en verziekte verhoudingen een grote negatieve rol. — © ANP/HH
In de beveiliging van Peter R. de Vries, advocaat Derk Wiersum en de broer van de kroongetuige in het Marengo-proces hebben betrokken instanties forse steken laten vallen. Uit een snoeihard rapport van de Onderzoeksraad Voor Veiligheid (OVV) blijkt dat er sprake was van ’gescheiden werelden’ waardoor cruciale informatie niet werd gedeeld.
Een van de schrijnende voorbeelden uit het rapport is dat het verantwoordelijke stelsel bewaken en beveiligen niet beschikte over informatie over wat later voorbereidingshandelingen bleken te zijn voor de aanslag op Derk Wiersum. Terwijl die gegevens – die niet werden herkend als relevant - gewoon in de politiesystemen stonden. Uit het onderzoek komt pijnlijk naar voren dat in aanloop naar alle drie de aanslagen met dodelijke afloop, informatie onvoldoende is gedeeld.
In aanloop naar de aanslag op De Vries speelden volgens onderzoekers wantrouwen en verziekte verhoudingen een grote negatieve rol. Al zijn volgens de OVV ook bij de doodgeschoten misdaadverslaggever en vertrouwensman van kroongetuige Nabil B. grote inschattingsfouten gemaakt.
„Hoewel er aanleiding was om de beveiligingsmaatregelen op De Vries aan te passen, heeft de hoofdofficier van justitie dit niet gedaan, toen duidelijk werd dat De Vries geen gebruik maakte van de uitnodiging om momenten van hoog risico te delen.” Daardoor kwamen – ondanks inspanningen van onder meer RTL Boulevard en advocaat Schouten – geen structurele beveiligingsmaatregelen bij zijn mediaoptredens.
Het stelsel bewaken en beveiligen moet voortaan beter worden voorbereid en toegerust op dreiging vanuit de zware georganiseerde criminaliteit, ziet de OVV. De standaardwerkwijze voldoet niet voor het inschatten van deze dreiging en besluitvorming over veiligheidsmaatregelen.
Versnipperd
Dit constateert de OVV naar aanleiding van de aanslagen op Reduan, de broer van de kroongetuige, Derk Wiersum, de advocaat van de kroongetuige en Peter R. de Vries, de vertrouwenspersoon van de kroongetuige in het Marengo-proces. Onderzoekers hebben hun beveiliging onder de loep genomen, omdat zij alle drie na dreiging in beeld waren bij organisaties die betrokken zijn bij het stelsel bewaken en beveiligen.
De raadsman van kroongetuige Nabil B., Derk Wiersum, werd op straat in Amsterdam-Buitenveldert geliquideerd. — © ANP/HH
De OVV oordeelt snoeihard over dat proces. Er is erg veel verkeerd gegaan, blijkt uit het onderzoeksrapport. De regie over het bewaken en beveiligen van de bedreigde personen was versnipperd over landelijke en regionale diensten, zien onderzoekers. „Het stelsel bewaken en beveiligen kreeg niet alle informatie die in de opsporing beschikbaar was over de dreiging.”
‘Verstoorde relatie’
Ook werd die informatie niet altijd betrokken bij de besluiten die in de opsporing werden genomen, blijkt uit het rapport. „Dit had te maken met het bestaan van gescheiden werelden binnen het OM en de politie. Het delen van informatie is een dilemma.” De OVV schetst dat aangetroffen dilemma: afschermen kan voor risico’s zorgen, maar delen ook, omdat dan het gevaar van lekken bestaat. Ook werd gevreesd voor problemen in opsporing of vervolging.
Lees ook: Strafzaak moord Peter R. de Vries moet opnieuw: wat ging er aan deze beslissing vooraf?
Maar daar bleef het niet bij. „Signalen vanuit de bedreigde personen zelf werden niet gezien als concrete dreigingsinformatie”, sneert de OVV. „Inhoudelijke verschillen van inzicht escaleerden tot een verstoorde relatie tussen overheid en de familie van de kroongetuige en Peter R. de Vries.” Ook dat afnemende vertrouwen stond informatiedeling in de weg, zien de onderzoekers.
Evaluatie
Alle drie de slachtoffers waren in beeld bij de organisaties binnen bewaken en beveiligen, al was de mate van beveiliging verschillend. De Vries wilde bijvoorbeeld zijn agenda niet delen om beveiliging bij aankomst en vertrek te regelen, wel was er politietoezicht rond zijn woning.
De OVV raadt aan om benodigde beveiligingsmaatregelen te betrekken bij de afweging om een kroongetuige in te zetten. Bovendien moet het stelsel worden aangepast om dreiging beter in te kunnen schatten. Zo is het volgens onderzoekers vooral van belang om informatie veel beter te delen tussen betrokkenen. Ook zouden beveiligingssituaties structureel moeten worden geëvalueerd en is er een onafhankelijke instantie nodig die toezicht houdt op individuele gevallen.
De familie en nabestaanden van Reduan zeggen in een verklaring dat het rapport ’bevestigt wat ze al weten’. „Het kroongetuigensysteem voldoet niet, brengt onschuldige levens in gevaar en het OM is nalatig geweest aangaande onze veiligheid. Na vijf lange en afschuwelijke jaren krijgen wij eindelijk erkenning voor wat ons is overkomen.”
Minister Yesilgöz (Justitie en Veiligheid) benadrukt in een eerste reactie dat er al hard wordt gewerkt om het stelsel te verbeteren. „De toegenomen dreiging, permanente druk op het stelsel bewaken en beveiligen en de aanbevelingen van de Onderzoeksraad zullen gezamenlijk moeten leiden tot verdere hervorming van het stelsel.” De minister zegt uiterlijk eind april dieper op de bevindingen in te gaan.
D66-Kamerlid Sneller vindt dat de overheid haar zorgplicht onvoldoende heeft kunnen waarmaken. „Met drie doden en groot leed tot gevolg. Dat vraagt om rekenschap afleggen, recht doen en lessen trekken.” SP-Kamerlid Van Nispen eist actie en ziet ’keer op keer dezelfde fouten’. „Het ministerie is tekortgeschoten in de zorgplicht om mensen te beschermen.”